Blijf op de hoogte van het laatste ontslagnieuws
Ontvang maandelijks een update van de belangrijkste uitspraken en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht en ontslag.
Meld je hier aan
2 december 2015 door Jordi Niggelie
Ontslag op staande voet is de meest ingrijpende wijze om de arbeidsovereenkomst te beëindigen. De werkgever hoeft geen opzegtermijn in acht te nemen waardoor de arbeidsovereenkomst met onmiddellijke ingang tot een einde komt. Daarnaast heeft de werknemer na een terecht ontslag op staande voet geen recht op een WW-uitkering.
Gelet op deze ingrijpende gevolgen heeft een werknemer er dus groot belang bij om een onterecht gegeven ontslag op staande voet aan te vechten.
Ontslag op staande voet: gewijzigde regels
Met de wijziging van het ontslagrecht per 1 juli 2015 zijn ook de regels rondom het ontslag op staande voet gewijzigd. Tot 1 juli 2015 kon een werknemer het ontslag op staande voet vernietigen door een simpele brief of e-mail te sturen aan zijn werkgever. De werknemer had bovendien zes maanden de tijd om de vernietiging van het ontslag in te roepen.
Vanaf 1 juli 2015 heeft een werknemer echter slechts twee maanden de tijd om in actie te komen en kan het ontslag op staande voet alleen nog vernietigd worden door de rechter. Uiteraard kunt u als werknemer direct na het ontslag schriftelijk bezwaar aantekenen bij uw werkgever met de mededeling dat het ontslag naar uw mening onterecht gegeven is. Maar als deze brief geen effect heeft, moet u binnen twee maanden (na het ontslag) een verzoekschrift indienen bij de rechtbank. Een werknemer heeft sinds 1 juli 2015 dus veel minder tijd om in actie te komen na een gegeven ontslag op staande voet. Dat de termijn van twee maanden door rechters strikt wordt gehanteerd, blijkt onder meer uit de volgende uitspraak.
Rechter: overschrijding van enkele dagen komt voor risico van werknemer
De kantonrechter in Groningen moest onlangs oordelen over een ontslag op staande voet van een administratief medewerkster. Zij was op 15 juli 2015 op staande voet ontslagen omdat er volgens de werkgever sprake was van diefstal van bedrijfseigendommen, werkweigering en schending van de geheimhoudingsplicht. De werkneemster was echter van mening dat het ontslag op staande voet onterecht gegeven was en dat zij om die reden recht had op doorbetaling van haar loon.
Via een advocaat liet zij op 18 september 2015 een dagvaarding uitbrengen. Te laat, zo oordeelde de rechter. Volgens de rechter had de werkneemster (lees: haar advocaat) de vernietiging van de opzegging via een verzoekschrift aan de rechter moeten voorleggen en niet via een dagvaarding. Maar belangrijker nog, de termijnoverschrijding van slechts drie dagen was voor de rechter aanleiding om de zaak in het nadeel van de werkneemster te beslissen.
Fatale termijn
Bovenstaande uitspraak laat zien dat de termijn van twee maanden een strikte termijn is. Als een werknemer pas na deze twee maanden in actie komt, kan de rechter het ontslag op staande voet niet meer vernietigen. Als u als werknemer dus (onterecht) op staande voet wordt ontslagen, is het raadzaam snel in actie te komen. Neem gerust contact met ons op als u vragen heeft over een gegeven ontslag op staande voet.
Blijf op de hoogte van het laatste ontslagnieuws
Ontvang maandelijks een update van de belangrijkste uitspraken en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht en ontslag.
Meld je hier aan
Blijf op de hoogte van het laatste ontslagnieuws
Ontvang maandelijks een update van de belangrijkste uitspraken en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht en ontslag.
Meld je hier aan