Blijf op de hoogte van het laatste ontslagnieuws
Ontvang maandelijks een update van de belangrijkste uitspraken en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht en ontslag.
Meld je hier aan
2 juli 2013 door Maarten van Gelderen
Dit is een van de resultaten van de Statistiek Ontbindingsvergoedingen zoals die jaarlijks in het vaktijdschrift ArbeidsRecht wordt gepubliceerd. Deze statistiek geeft een aardig inkijkje in de ontwikkelingen rondom ontslagprocedures en ontslagvergoedingen.
UWV versus kantonrechter
Zo laat dit jaarlijkse overzicht onder meer zien dat de ontslagroute via het UWV in 2012 ruim driemaal vaker gekozen werd dan de ontslagprocedure via de kantonrechter. Bij het UWV werden 58.929 ontslagprocedures gevoerd tegenover 18.715 ontbindingsprocedures bij de kantonrechter. Het laat zich niet moeilijk raden dat de aanhoudende economische crisis voor in belangrijke mate heeft bijgedragen aan de populariteit van de ontslagprocedure via het UWV. Maar liefst 81% van alle ontslagaanvragen die via deze instantie liepen was gebaseerd op een bedrijfseconomische reden.
Om representatieve uitspraken te doen over de hoogte van door kantonrechters toegekende ontslagvergoedingen (het UWV is immers niet bevoegd om ontslagvergoedingen toe te kennen), is in de Statistiek Ontbindingsvergoedingen gekeken naar alle gepubliceerde beschikkingen van kantonrechters. Dit zijn beschikkingen die bijvoorbeeld Rechtspraak.nl of andere bronnen gepubliceerd zijn. In 2012 waren dat er in totaal 270 op een totaal van 18.715 beschikkingen.
Van het totaal aantal ontbindingsbeschikkingen (dus inclusief de niet-gepubliceerde beschikkingen) is in ongeveer een kwart van de gevallen (4.676 maal) een echte beslissing door de kantonrechter genomen. In de overige 75% van de gevallen ging het om zogenaamde pro-formabeschikkingen.
Correctiefactor 1 in slechts 16% van de gevallen toegepast
De gepubliceerde beschikkingen laten over 2012 zien dat de kantonrechter een werknemer gemiddeld 1,03 maandsalaris per gewerkt dienstjaar aan ontslagvergoeding heeft toegekend. Dit zegt op zichzelf genomen nog niets over de gehanteerde correctiefactor in het kader van de kantonrechtersformule.
In de gepubliceerde uitspraken waarin de kantonrechter de arbeidsovereenkomst ontbonden heeft en de kantonrechtersformule is toegepast, is slechts in 16% van de gevallen de neutrale kantonrechtersformule van C=1 gehanteerd. In maar liefst 37% van de gevallen hanteerde de kantonrechter een correctiefactor van nul (geen vergoeding) en in 27% van de gevallen werd een correctiefactor groter dan 1 toegepast. In de laatste 20% van de gevallen werd een correctiefactor tussen 0 en 1 gehanteerd.
Leuk zult u misschien denken, maar is uit deze brij statistieken ook een trend te ontdekken? Dat is altijd lastig te zeggen. Omdat slechts een fractie van alle rechterlijke uitspraken gepubliceerd wordt, kunnen trends uit de gepubliceerde uitspraken niet 1-op-1 worden geprojecteerd naar alle uitspraken. Maar toch, een paar zaken lijken toch in een bepaalde richting te wijzen.
Zo laat de hoogte van de gemiddelde door de kantonrechter toegekende ontslagvergoeding zien dat rechters in 2012 (maar ook daarvoor) geneigd zijn werknemers bij ontslag een ruimere financiële vergoeding toe te kennen dan de politiek en sociale partners op het oog hebben. De kantonrechters komen gemiddeld uit op een ontslagvergoeding van ongeveer één bruto maandsalaris per gewerkt dienstjaar terwijl een werknemer het volgens het sociaal akkoord moet doen met een compensatie van ⅓ maandsalaris per gewerkt jaar (tot 10 dienstjaren) resp. ½ maandsalaris (vanaf 10 dienstjaren).
Verder blijkt uit de statistieken dat werkgevers bij een bedrijfseconomisch ontslag in overgrote meerderheid de ontslagroute van het UWV bewandelen terwijl voor meer persoonlijk gemotiveerde ontslagen de kantonrechter gevraagd wordt om het arbeidscontract te ontbinden. Deze verdeling van ontslagzaken over UWV en kantonrechter zou volgens de sociale partners wettelijk moeten worden vastgelegd. Omdat deze verdeling in de praktijk al min of meer op basis van natuurlijke selectie heeft plaatsgevonden, is het de vraag of een ingrijpende wettelijke aanpassing van het ontslagrecht op dit punt nog toegevoegde waarde heeft.
Kantonrechters passen lang niet altijd kantonrechtersformule toe
Tot slot valt het ook op dat kantonrechters in lang niet alle gevallen waarin zij een ontslagvergoeding vaststellen de kantonrechtersformule hanteren. Van alle gepubliceerde beschikkingen waarin de rechter een vergoeding toekende is “slechts” in 61% van de gevallen deze formule gehanteerd. In 39% van de gevallen is de kantonrechtersformule dus niet toegepast en heeft de kantonrechter zelf een vergoeding vastgesteld die hem of haar billijk voorkomt.
Blijf op de hoogte van het laatste ontslagnieuws
Ontvang maandelijks een update van de belangrijkste uitspraken en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht en ontslag.
Meld je hier aan
Blijf op de hoogte van het laatste ontslagnieuws
Ontvang maandelijks een update van de belangrijkste uitspraken en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht en ontslag.
Meld je hier aan