Blijf op de hoogte van het laatste ontslagnieuws
Ontvang maandelijks een update van de belangrijkste uitspraken en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht en ontslag.
Meld je hier aan
29 augustus 2011 door Redactie Ontslag.nl
Voor velen is de kantonrechtersformule een bekende richtlijn aan de hand waarvan de hoogte van een ontslagvergoeding berekend kan worden. Deze formule gaat uit van een vermenigvuldiging van drie factoren: A, B en C. A staat voor het aantal gewogen dienstjaren, B voor maandelijkse beloning en C is de zogenaamde correctiefactor. Als het gaat om een langdurig arbeidsongeschikte werknemer kan de vraag rijzen op welke wijze de B-factor moet worden vastgesteld.
Langdurig arbeidsongeschikte werknemers werken vaak nog een beperkt aantal uur per week voor hun werkgever en ontvangen naast een beperkt loon een WAO of WIA uitkering. Als het in die situatie komt tot een ontslag kan een meningsverschil ontstaan over de vraag hoe de zogenaamde B-factor moet worden ingevuld. Met andere woorden, moet bij het vaststellen van een ontslagvergoeding alleen rekening gehouden worden met het beperkte aantal uren dat de werknemer nog werkzaam is, of telt de WAO of WIA uitkering ook mee?
WAO of WIA uitkering maakt geen deel uit van B-factor
In het kader van de B-factor van de kantonrechtersformule wordt over het algemeen uitgegaan van het laatstverdiende loon. Een WAO of WIA uitkering zijn beide wettelijke arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en geen loon. In het algemeen zal een kantonrechter deze uitkeringen dan ook niet meenemen in de B-factor en dus in de ontslagvergoeding.
Kantonrechter houdt geen rekening met WIA uitkering
Een goed voorbeeld is een uitspraak van de kantonrechter in Rotterdam van 7 juni 2007
(JAR 2007/174). Het ging hier om een werknemer die sinds 1 februari 1980 bij de werkgever in dienst was en de functie van adjunct-directeur vervulde. Deze werknemer was als gevolg van een auto-ongeluk in 2003 beperkt belastbaar en in het kader van de WIA voor 78,9% afgekeurd.
Op enig moment verzocht de werkgever de kantonrechter om de arbeidsovereenkomst te ontbinden wegens onvoldoende functioneren. Dit verzoek werd gehonoreerd, maar niet zonder een ontslagvergoeding gebaseerd op de kantonrechtersformule met toepassing van een correctiefactor van 1,5.
Toch was dit een minder riante uitkomst voor de werknemer dan je op basis van de correctiefactor zou verwachten. In het kader van de B-factor merkte de kantonrechter namelijk op dat de toelichting op de kantonrechtersformule weliswaar geen duidelijkheid geeft over de peildatum voor het te hanteren salaris bij de bepaling van de hoogte van de ontbindingsvergoeding, maar dat over het algemeen wordt uitgegaan van het laatstverdiende salaris.
Omdat de werknemer gedeeltelijk arbeidsongeschikt is, ligt volgens de kantonrechter in de lijn der verwachting dat de werknemer een WIA uitkering zal blijven ontvangen.
B-factor bestaat volgens kantonrechter alleen uit het kale loon
Volgens de kantonrechter hoeft de werkgever slechts gedurende de eerste twee jaren de financiële gevolgen van de arbeidsongeschiktheid van de werknemer te dragen. Naar het oordeel van de kantonrechter is er daarom geen reden om bij de berekening van de ontslagvergoeding rekening te houden met de WIA uitkering van de werknemer. De kantonrechter heeft de ontslagvergoeding dan ook uitsluitend berekend aan de hand van het loon dat deze werknemer laatstelijk ontving.
Blijf op de hoogte van het laatste ontslagnieuws
Ontvang maandelijks een update van de belangrijkste uitspraken en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht en ontslag.
Meld je hier aan
Blijf op de hoogte van het laatste ontslagnieuws
Ontvang maandelijks een update van de belangrijkste uitspraken en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht en ontslag.
Meld je hier aan