Blijf op de hoogte van het laatste ontslagnieuws
Ontvang maandelijks een update van de belangrijkste uitspraken en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht en ontslag.
Meld je hier aan
3 maart 2013 door Maarten van Gelderen
Met ingang van 1 maart jl. is er nu ook een ontslagformule voor ambtenaren. Omdat ambtenaren na ontslag meestal in aanmerking komen voor een ruimere en soms ook hogere werkloosheidsuitkering gaat het in feite om een versoberde versie van de bekende kantonrechtersformule.
De formule is geïntroduceerd door de hoogste ambtenarenrechter van Nederland, de Centrale Raad van Beroep. De ambtenarenontslagformule geldt overigens alleen bij ontslagen wegens verstoorde verhoudingen die in overwegende mate aan de werkgever te wijten zijn.
CRvB-formule
Deze formule, die ook wel wordt aangeduid met de CRvB-formule, bestaat net als de kantonrechtersformule uit de volgende drie onderdelen die met elkaar vermenigvuldigd moeten worden:
Een voorbeeld. Een ambtenaar krijgt onenigheid met zijn leidinggevende die vrijwel direct aanstuurt op een ontslag. De ambtenaar is op dat moment 10 jaar als ambtenaar bij de betreffende organisatie werkzaam en verdient per maand ca. 4.000 euro inclusief vakantietoeslag.
De rechter komt tot de conclusie dat er (inmiddels) weliswaar sprake is van een ernstig verstoorde arbeidsrelatie, maar vindt wel dat de ambtenaar in aanmerking komt voor een aanvullende ontslagvergoeding. Omdat de rechter concludeert dat de werkgever een verwijt gemaakt kan worden van 80% of meer, bedraagt deze aanvullende ontslagvergoeding 5 (aantal dienstjaren gedeeld door 2) x 4.000 euro x 1 = 20.000 euro bruto.
Formule voor het eerst toegepast in twee uitspraken van 28 februari 2013
De ontslagformule voor ambtenaren is voor het eerst toegepast in een tweetal uitspraken van de Centrale Raad van Beroep van 28 februari 2013. In de eerste uitspraak ging het om een afdelingshoofd van het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) die door haar directeur werd beschuldigd van niet integer gedrag.
De directeur beriep zich op een vertrouwensbreuk en ontsloeg de ambtenaar op grond van artikel 99, eerste lid van het Algemeen Rijksambtenarenreglement (ARAR), in de praktijk een “restgrond” die met name wordt toegepast voor situaties waar sprake is van een onherstelbare vertrouwensbreuk tussen de ambtenaar en de betreffende werkgever.
De rechtbank stelde in eerste instantie de werkgever in het gelijk, maar de Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de directeur de ambtenaar volledig overvallen had met een aantal verwijten en bovendien vrijwel direct heeft aangestuurd op het vertrek van de ambtenaar. Volgens de Centrale Raad van Beroep moest het aandeel van de directeur op de ontstane situatie geschat worden op 75%. De ambtenaar kwam volgens de Centrale Raad van Beroep dan ook in aanmerking voor een ontslagvergoeding op basis van bovenstaande formule met toepassing van een correctiefactor van 0,75.
Arbeidsconflict tussen medisch specialist en leidinggevende professor
De tweede zaak waarin de Centrale Raad van Beroep voor het eerst de ontslagformule voor ambtenaren toepaste ging over een medisch specialist die werkzaam was binnen het Academisch Medisch Centrum (AMC). De specialist raakte in conflict met zijn leidinggevende professor en werd na een non-actiefstelling eveneens geconfronteerd met een ontslag op “andere gronden”. Nadat de specialist tegen dit ontslagbesluit bezwaar maakte, kreeg hij van het AMC een aanvullende ontslagvergoeding toegekend van 50.000 euro bruto.
De specialist wilde zich hier niet bij neerleggen en stelde beroep in bij de rechtbank Amsterdam. Die liet het ontslagbesluit in stand maar verhoogde de ontslagvergoeding van 50.000 euro naar 73.895 euro. Ook deze zaak belandde vervolgens bij de Centrale Raad van Beroep. Die stelde vast dat het ACM (lees: de professor) voor meer dan 80% te verwijten viel dat het tot een onwerkbare situatie was gekomen. Dit leidde tot toepassing van de ambtenarenontslagformule op basis van een correctiefactor van 1. Helaas voor de specialist leverde dit een totaalbedrag op dat lager lag dan de vergoeding die eerder door de rechtbank was vastgesteld.
“Kantonrechtersformule” voor ambtenaren roept aantal vragen op
Op zich lijkt het vanuit rechtszekerheid een goede zaak dat er voor ambtenaren nu ook een uniforme formule die antwoord geeft op de vraag of en zo ja op welk bedrag een ambtenaar recht heeft bij een ontslag wegens verstoorde verhoudingen. De Centrale Raad van Beroep had in 2010 (LJN BO8173) weliswaar al bepaald dat een ambtenarenwerkgever niet kan volstaan met het enkel toekennen van de minimale uitkering bij een ontslag waarin datzelfde bestuursorgaan een overwegend aandeel heeft gehad, maar tot een heldere formule was het nooit gekomen.
Toch roept deze “kantonrechtersformule” voor ambtenaren ook een aantal vragen op. Zo geeft de Centrale Raad van Beroep bijvoorbeeld geen antwoord op de vraag hoe het aantal dienstjaren berekend dient te worden. In de gewone kantonrechtersformule worden dienstjaren naar boven afgerond als er sprake is van zes maanden en één dag. Het ligt voor de hand dat deze afronding ook wordt toegepast op ambtenarenzaken, maar hierover bestaat nog geen helderheid.
Ontslagformule voor ambtenaren houdt geen rekening met leeftijd
Opvallend is verder dat de ambtenarenformule op geen enkele wijze rekening houdt met de leeftijd van de betrokken ambtenaar, dit in tegenstelling tot de gewone kantonrechtersformule. Bij deze laatste formule wordt nu juist een onderscheid gemaakt in de weging van het aantal dienstjaren afhankelijk van de leeftijd van de werknemer. Zo tellen dienstjaren tot 35 jaar bij de kantonrechtersformule slechts voor 50% mee, maar tellen dienstjaren boven de 55 dubbel. Doordat de ambtenarenformule dit onderscheid niet maakt, ontstaat er (ongewild?) toch een soort rechtsongelijkheid tussen normale werknemers en ambtenaren. De Centrale Raad van Beroep had dit eenvoudig op kunnen lossen door voor ambtenaren dezelfde weging van dienstjaren te hanteren als bij de kantonrechtersformule en vervolgens op deze weging een korting van 50% toe te passen.
Tot slot is het moment waarop de Centrale Raad van Beroep deze ontslagformule introduceert zeker pikant te noemen. Juist in de komende weken moet het kabinet knopen gaan doorhakken over haar in het regeerakkoord ontvouwde plannen om het ontslagrecht ingrijpend te wijzigen waaronder het (vrijwel geheel) afschaffen van de ontslagvergoeding.
Net nu het kabinet dus op het punt staat om de ontslagvergoeding (voor gewone werknemers) af te schaffen, komt de hoogste ambtenarenrechter van ons land met een ontslagformule voor ambtenaren. Toeval of niet, de nieuwe formule voor ambtenaren geeft om twee redenen bedoeld of onbedoeld steun aan het handhaven van de ontslagvergoeding voor gewone werknemers. In de eerste plaats toont de Centrale Raad van Beroep zich ongevoelig voor het politieke voornemen om ontslagvergoedingen te vervangen voor een (beperkt) scholingsbudget. Alleen hierover al zou het kabinet zich eens flink achter de oren moeten krabben.
Maar bovendien zal het kabinet deze nieuwe formule moeten betrekken bij haar ontslagplannen. Het is immers niet uit te leggen dat in de nabije toekomst gewone werknemers niet (meer) in aanmerking kunnen komen voor een ontslagvergoeding, terwijl voor ambtenaren nu net een bijzondere ontslagvergoedingsformule in het leven geroepen is.
Blijf op de hoogte van het laatste ontslagnieuws
Ontvang maandelijks een update van de belangrijkste uitspraken en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht en ontslag.
Meld je hier aan
Blijf op de hoogte van het laatste ontslagnieuws
Ontvang maandelijks een update van de belangrijkste uitspraken en ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht en ontslag.
Meld je hier aan