Als u het niet eens bent met een (ontslag)besluit van uw werkgever, dan kunt u als ambtenaar tegen deze beslissing bezwaar en eventueel later beroep instellen. Uiteindelijk kunt u zelfs hoger beroep instellen bij de Centrale Raad van Beroep.
Het doorlopen van al deze procedures kost veel tijd. Soms kan een gerechtelijke procedure inclusief een (hoger) beroep zelfs enkele jaren in beslag nemen. Dit is veel te lang als u een spoedeisend belang heeft. In dat geval kunt u dus besluiten om een voorlopige voorziening te vragen aan de president van de rechtbank.
U kunt dus tijdens een bezwaarprocedure of een beroepsprocedure deze voorlopige voorziening aan de president van de rechtbank vragen. Er zal door de president op korte termijn een mondelinge behandeling bepaald worden waarbij u en uw werkgever de geledenheid krijgen om de standpunten mondeling toe te lichten.
Vrij snel na deze mondelinge behandeling zal de president een (schriftelijke) uitspraak doen. Hoe snel deze uitspraak genomen wordt zal afhangen van de mate van spoedeisendheid.
De president van de rechtbank heeft ook de mogelijkheid om niet alleen een voorlopige voorziening te geven, maar tevens een uitspraak te doen over de lopende bezwaar- of beroepsprocedure. In vaktaal noemt men dit ook wel ‘kortsluiten’. In dat geval wordt uw zaak dus in één keer volledig afgehandeld.